Regeerakkoord 2014-18: krachtlijnen ondernemingsrecht
Op 9 oktober 2014 werd de integrale tekst van het federaal regeerakkoord 2014-18 vrijgegeven. Een greep uit de krachtlijnen voor het ondernemingsrecht:
In het kader van insolventiemaatregelen wordt een proactief beleid voorgedaan voor het vermijden van faillissementen en het herstarten na faillissement. Zo wordt de Wet Continuïteit Ondernemingen geëvalueerd en komt er een voorafgaande opportuniteitstoets door de kamers voor handelsonderzoek wanneer ondernemingen een beroep willen doen op de procedure van gerechtelijke reorganisatie. Daarnaast wordt de faillissementswet geëvalueerd met oog op het tegengaan van bedrieglijke faillissementen en kettingreacties van faillissementen. Ook de procedure en het toepassingsgebied van de collectieve schuldenregeling zal worden geëvalueerd, en desgevallend vereenvoudigd. De gegevensbank van de Centrale voor Kredieten aan Particulieren wordt uitgebreid door er meer soorten onbetaalde kredieten in op te nemen (energie, telecom, personenbelasting, huurschulden opgenomen in een vonnis van de vrederechter, …).
Onder de noemer “Stimuleren van ondernemen” wordt een platform voor elektronisch handel ontwikkeld om ondersteuning te bieden voor de ontwikkeling van e-commerce. Om liquiditeits- en financieringsmoeilijkheden tegen te gaan, wordt bovendien ook de wetgeving op de betalingstermijnen aangescherpt en de summiere rechtspleging met oog op het sneller innen van niet-betwiste schulden hervormd. Er wordt onderzocht in welke mate het Belgisch vennootschapsrecht kan worden vereenvoudigd.
Vanuit fiscaal oogpunt wordt ten slotte de aandacht gevestigd op het feit dat KMO-vennootschappen hun belaste winst zullen kunnen reserveren via opname in een bijzondere “liquidatiereserve” tegen betaling van een anticipatieve heffing van 10 procent. Dividenden geput uit deze reserves zullen, na verloop van 5 jaar, kunnen worden uitgekeerd tegen een verlaagde roerende voorheffing van 5 procent. Worden de reserves eerder uitgekeerd, dan speelt een aanvullende roerende voorheffing van 15 procent (i.p.v. 5 %). De uitkering van de reserves bij liquidatie zullen belastingvrij kunnen gebeuren.
Het volledig regeerakkoord leest u hier: www.premier.be